Skills for life!
In onze snel veranderende wereld hebben leerlingen meer nodig dan alleen vakkennis. Ze hebben vaardigheden nodig die hen helpen om zelfbewust, kritisch, creatief en met open blik in het leven te staan. Daarom staat het eTwinning-jaarthema van 2026 in het teken van ‘Union of Skills: Skills for Life’.
Met eTwinning brengen we scholen, leerkrachten en leerlingen samen over de grenzen heen om te werken rond de basic skills; de basisvaardigheden: geletterdheid, wiskunde, wetenschap, digitale vaardigheden en burgerschap. Deze vaardigheden zijn de bouwstenen waarmee jongeren niet alleen slagen op school, maar ook later in de samenleving hun plek vinden.
Op deze pagina vind je praktische projectideeën die je meteen met jouw leerlingen kan uitproberen. Ze zijn eenvoudig, concreet en sluiten perfect aan bij internationale samenwerking in eTwinning. Zo leren leerlingen niet alleen rekenen of schrijven, maar ook kritisch denken, samenwerken met leeftijdsgenoten in andere landen en verantwoordelijkheid nemen in een groter geheel.
Tips
- Ook op ESEP vind je meer info over het jaarthema ‘Skills for life’.
- Start je een eTwinning-project rond ‘Skills for life’? Zet dan #skillsforlife in de titel.
- Neem deel aan de groep Basic skills in action | European School Education Platform op ESEP (het European School Education Platform).
Waarom is het belangrijk te werken rond de basisvaardigheden?
In Europa halen te veel leerlingen de basis niet.
- Ongeveer 1 op 3 15-jarigen worstelt met wiskunde in realistische situaties,
- 1 op 4 begrijpt basisteksten of eenvoudige wetenschappelijke kennis niet, en
- 43% van de 13-jarigen zit onder het basisniveau voor digitale geletterdheid.
- De basisvaardigheden gaan in veel EU-landen achteruit.
- De EU blijft achter bij Canada, Japan, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten wat betreft topprestaties.
- Vroege problemen: te veel basisschoolleerlingen hebben moeite, te weinig blinken uit.
- De maatschappelijke kennis van leerlingen is in verschillende landen achteruitgegaan.
De EU wil tegen 2030 het aandeel zwakke presteerders in lezen, wiskunde en wetenschap terugbrengen tot minder dan 15%.
Wat zijn de basisvaardigheden?
- Geletterdheid
Geletterdheid gaat veel verder dan kunnen lezen en schrijven. Het betekent dat je informatie kunt begrijpen, gebruiken en beoordelen. Dat kan via woorden, beelden, geluid of digitale middelen. Leerlingen leren nadenken over wat ze lezen, horen of zien en hoe ze dit zelf mondeling of schriftelijk kunnen uitdrukken.
- Wiskunde
Wiskunde draait niet alleen om cijfers en formules, maar vooral om logisch redeneren en problemen oplossen. Het gaat erom dat je wiskunde kunt toepassen in het echte leven, bijvoorbeeld door gegevens te interpreteren of berekeningen te maken om beslissingen te onderbouwen. We hebben hier voor jou enkele tools opgelijst waarmee je met jouw leerlingen aan de slag kan gaan om gegevens te verzamelen en te analyseren.
- Wetenschap
Wetenschappelijke vaardigheden helpen leerlingen om de wereld om hen heen beter te begrijpen. Het gaat om vragen stellen, verschijnselen verklaren, onderzoeken opzetten, data analyseren en kritisch omgaan met bewijzen en resultaten. Zo leren ze om met een onderzoekende houding naar hun omgeving te kijken.
- Digitale vaardigheden
Digitale vaardigheden zijn vandaag onmisbaar. Ze gaan niet alleen over het gebruiken van technologie, maar ook over er kritisch, creatief en veilig mee omgaan. Dat betekent informatie kunnen zoeken en beoordelen, digitaal communiceren, zelf digitale inhoud maken en aandacht hebben voor online veiligheid en welzijn.
- Burgerschap
Burgerschapsvaardigheden gaan over verantwoordelijk deelnemen aan de samenleving. Leerlingen leren hoe democratie, rechten en vrijheden werken, en hoe je met respect omgaat met anderen. Ze ontwikkelen inzicht in maatschappelijke en politieke structuren en leren hun eigen stem te gebruiken, bijvoorbeeld in discussies of bij het nemen van beslissingen.
Het ‘Action plan on basic skills’ van de Europese Commissie
Werken aan de basic skills via eTwinning?
In eTwinning-projecten kunnen leerkrachten en leerlingen op twee manieren rond het thema werken. Hier vind je al onze stappenplannen die je op weg zetten naar eTwinning-project vol basic skills!
Projecten met ‘Skills for Life’ als onderwerp
Deze projecten focussen bewust op het versterken van één of meerdere basisvaardigheden.
Voorbeelden:
- Geletterdheid: samen met partnerklassen een digitaal boek maken of boektrailers opnemen.
- Wiskunde: Europese recepten vergelijken en verhoudingen omrekenen.
- Wetenschappen: leerlingen onderzoeken lokaal milieuproblemen en wisselen resultaten uit met partnerklassen.
- Digitale vaardigheden: een gezamenlijk digitaal magazine maken met bijdragen van alle partners.
- Burgerschap: debatten organiseren over actuele thema’s zoals democratie, duurzaamheid of online veiligheid.
Basisvaardigheden die je ontwikkelt in elk eTwinning-project
Zelfs als een project niet expliciet over ‘skills for life’ gaat, oefenen leerlingen deze vaardigheden automatisch door samen te werken:
- Bij communicatie in een vreemde taal oefenen ze lezen en schrijven (geletterdheid).
- Bij plannen maken en data delen scherpen ze hun wiskundige en digitale vaardigheden aan.
- Bij onderzoek naar een thema versterken ze hun wetenschappelijke en kritische blik.
- Bij samenwerken met buitenlandse klassen leren ze burgerschapsvaardigheden, zoals respect, democratisch beslissen en omgaan met diversiteit.
Zo draagt elk eTwinning-project bij aan de ontwikkeling van de basisvaardigheden van leerlingen. Da’s toch een echte win-win!
Praktisch starten (checklist)
- Kies 1 à 2 skills als focus en koppel ze aan een realistische taak (bv. meten, interviewen, debat).
- Plan 4 à 6 weken met drie mijlpalen: verkennen de inhoud → laat de leerlingen de opdracht(en) maken samen met een klas elders in Europa → deel de projectresultaten & reflecteer op de uitvoering en resultaten met je partners, leerlingen en collega’s.
- Zet je TwinSpace klaar: bekijk in onze handeleiding hoe je dit kan doen.
- Maak het inclusief: varieer in de inhoud die je de leerlingen aanbiedt én in de eindproducten die ze moeten maken (tekst/audio/beeld), hulpmiddelen, duidelijke rolverdeling.
- Meet wat je leert: hou een korte voor- en nameting zodat je he tproject kan evalueren. Heb je gewerkt rond de vaardigheden die je als doel had en zijn deze skills bij de leerlingen ook daadwerkelijk aangescherpt?
Verbind met Erasmus+ en de e-acties: noteer je resultaten voor Erasmus+, upload bewijzen in Europass, deel in EPALE, betrek Euroguidance voor onderwijsloopbaanbegeleiding.