Een eTwinning-project op de ‘Internationale Dag van de Moedertaal’ in het teken van de taalkundige en culturele diversiteit en de meertaligheid.

Ga je aan de slag? Gebruik onze checklist zodat je geen stappen overslaat. Zo ben je er ook zeker van dat je alle nodige informatie hebt om op het einde van het schooljaar een Nationaal Kwaliteitslabel aan te vragen voor je eTwinning-project.

1. Introduction

  • Elk jaar wordt door de UNESCO op 21 februari de ‘Internationale Dag van de Moedertaal’ (International Mother Language Day) gevierd. Waarom? Zoek met je leerlingen de geschiedenis op van deze bijzondere dag. We hebben ook de nodige aandacht voor gebarentaal en dialect als moedertaal.

  • Maak een TwinSpace met je projectpartners en nodig je leerlingen uit. Je vindt een stappenplan en handleiding om een eTwinning-account aan te maken en een TwinSpace te maken op onze website.

  • Laat je leerlingen een logo creëren en organiseer een logo-contest bv met www.tricider.com.

2. Voorstelling van de deelnemers en het project

Laat je leerlingen zichzelf voorstellen, en hun ideeën en voorkennis delen Wat is hun moedertaal? Welke talen spreken ze? Wie is tweetalig opgevoed? Heeft dit voordelen volgens hen? Wat is het verschil tussen een standaardtaal en een dialect? Welke leerlingen uit welke landen kunnen nog dialect spreken? Dit kan via Padlet, Flip, de TwinSpace…. Op basis hiervan kan je internationale teams maken: op basis van hun kennis en kunde, interessevelden en/of leeftijd. In stap 5 vind je verschillende projectideeën. Je kan je leerlingen hun favoriete opdracht laten kiezen en op basis hiervan hen verdelen in internationale teams.

Tips om te bekijken en bespreken:

3. Oriëntatie

Organiseer een discussieforum of online debat waarin de teams van verschillende landen discussiëren over wat jullie al in de klas besproken hebben in de vorige stappen. Dit kan in de TwinSpace.

Geef uitdagende onderwerpen waar leerlingen over kunnen discussiëren in een debat over (moeder)talen, dialecten en gebarentaal. Laat de leerlingen verschillende rollen aannemen (al dan niet in internationale teams). Kunnen zij zich inleven in de rol van auteur, leerkracht, enthousiaste lezer, bibliothecaris…?

Hier zijn enkele uitdagende en boeiende onderwerpen waar leerkrachten en leerlingen over kunnen discussiëren in een debat over (de dag van) de moedertaal. Deze onderwerpen hebben vaak een link met wat al besproken werd in de voorgaande stappen.

  1. Het belang van het behouden en vieren van moedertalen. Benadruk het verschil tussen meertalig opgevoed zijn en één moedertaal hebben maar meerdere talen aangeleerd hebben.
    • Meertalig persoon: Verdedigt hoe het behouden en spreken van meerdere (moeder)talen een verrijking kan zijn voor individuen en samenlevingen.
    • Iemand die maar 1 taal kent: Reflecteert op hoe het kennen en gebruiken van slechts één moedertaal invloed kan hebben op iemands culturele identiteit.
  2. Moedertaal en identiteit:
    • Leerling: Deelt persoonlijke ervaringen over hoe hun moedertaal bijdraagt aan hun gevoel van identiteit en verbondenheid met hun cultuur.
    • Leerkracht 1: Bespreekt hoe het bevorderen van moedertalen in het onderwijs kan bijdragen aan het gevoel van eigenwaarde en inclusie van leerlingen.
    • Leerkracht 2: Vindt het belangrijker dat leerlingen met een andere moedertaal dan de taal die op school gesproken wordt de taal van het land waar ze verblijven, spreken op school om zo hun integratie in de maatschappij te bevorderen.
  3. De rol van moedertaal in literatuur en poëzie:
    • Auteur: Verkent hoe het gebruik van de moedertaal in literatuur en poëzie een diepere culturele betekenis kan overbrengen.
    • Bibliothecaris: Onderzoekt de rijkdom van literaire werken in verschillende moedertalen en hun impact op de literaire wereld.
  4. Moedertaal en de wereldtaal (Engels):
    • Engelstalige persoon: Reflecteert op hoe het gebruik van het Engels als wereldtaal invloed heeft op het behoud en de promotie van andere moedertalen.
    • Meertalig persoon: Verdedigt het belang van het leren van andere talen naast Engels om culturele diversiteit te waarborgen.
  5. Het behoud van dialecten als moedertalen. Let erop dat iedereen er dezelfde definitie van standaardtalen en dialecten op nahoudt! Kijk bijvoorbeeld samen naar dit filmpje.
    • Dialectspreker: Bespreekt de waarde van het behoud van regionale dialecten als onderdeel van de taalkundige en culturele diversiteit.
    • Bibliothecaris: Onderzoekt hoe het bewaren van literaire werken in dialecten kan bijdragen aan het behoud van taalvariatie.

4. Toepassen

Bij de debatten heb je de interessevelden en kennis van de leerlingen gepeild en aangewakkerd. Je vormt internationale teams op basis van kennis en kunde, interessevelden en/of ervaring.

Ja kan al eens vooruitblikken op de opdrachten in de volgende stap: teamwork:

  • Creëer een gemeenschappelijk taalwoordenboek, waarin leerlingen woorden en zinnen in hun moedertaal delen en vertalen naar de andere taal: om de communicatie tussen de leerlingen te vergemakkelijken en om de taalvaardigheden te verbeteren.
  • Is dialect jouw moedertaal? Spreken partners dialect? Welke dialecten zijn er in Frankrijk, Duitsland, Spanje? Maak een dialectlandkaart en woordenboek.

5. Teamwork

Het is belangrijk om duidelijke richtlijnen te geven voor samenwerking, taakverdeling en deadlines om ervoor te zorgen dat de internationale teams effectief kunnen samenwerken. Geef, indien mogelijk, ook een voorbeeld van wat je verwacht van de opdracht. Zorg de de leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt.

In stap 3 konden de leerlingen hun mening al geven over verschillende onderwerpen. In deze opdrachten kunnen leerlingen in teams dieper ingaan op bepaalde topics. Je kan hen een opdracht toewijzen of hen laten kiezen uit verschillende opdrachten.

Maak internationale teams om samen een gedicht te schrijven over beauty stereotypes, om samen een gedicht te verfilmen, er een tekening bij te maken of een poëzieboekje samen te stellen… Meer ideeën vind je hier:

  1. “Moedertaal Anthologie”: gedichten- of verhalenbundel of kookboek
    • Opdracht: Laat elke school gedichten verzamelen die door hun leerlingen zijn geschreven in hun moedertaal, waarin ze de schoonheid en rijkdom van hun eigen taal en cultuur vieren. Je kan dit ook doen met traditionele verhalen uit verschillende culturen, met recepten zodat je een kookboek samen maakt…
    • Eindproduct: Een meertalige poëziebundel met gedichten uit alle partnerlanden, waarbij elke school de vertalingen van de gedichten in andere talen verzorgt. Betrek er de leerkrachten Plastische opvoeding bij om het poëziealbum te voorzien van illustraties.
  2. “Language Learning Journey” Taalproject:
    • Opdracht: Wat moet je van jouw moedertaal echt wel kennen? Woordenschat? Zinsbouw? Grammatica? Intonatie? Hoe kan je dit het beste (aan)leren? Laat internationale teams samenwerken aan het ontwikkelen van leermiddelen voor het leren van elkaars moedertaal. Dit kunnen taallessen, woordenlijsten, culturele uitwisselingen, enz. zijn.
    • Eindproduct: Een digitaal taalproject dat kan worden gedeeld en gebruikt om de moedertaal van andere partnerlanden te leren.
  3. “Dialect Identity Project”:
    • Opdracht: Vraag leerlingen om een persoonlijk project te maken waarin ze hun eigen dialect en de rol ervan in hun identiteit onderzoeken. Leerlingen kunnen hun familie en gemeenschap interviewen, traditionele dialectwoorden verzamelen en reflecteren op hoe het spreken van hun dialect hen beïnvloedt. Het doel is om wederzijds begrip en waardering voor taalkundige diversiteit te bevorderen en te ontdekken hoe dialecten ons cultureel erfgoed verrijken.
    • Eindproduct: Een reeks persoonlijke projecten die de diversiteit en rijkdom van dialecten in verschillende culturen en landen weerspiegelen.
  4. “International Sign Language Dictionary”:
    • Opdracht: Laat elke school een reeks gebaren opnemen in hun eigen nationale gebarentaal en deze delen met de andere teams. Leerlingen kunnen samenwerken om een online internationaal gebarentaalwoordenboek te creëren, waarin de gebaren van verschillende landen worden vergeleken.
    • Eindproduct: Een online gebarentaalwoordenboek dat gebaren uit verschillende gebarentalen bevat, gemaakt door internationale teams.
  5. “Gebarentaal in Muziek”:
    • Opdracht: Vraag leerlingen om bekende liedjes te vertalen in hun nationale gebarentaal en deze op te nemen en te delen met de andere teams. Leerlingen kunnen ook nieuwe gebarenliedjes samenstellen en uitvoeren.
    • Eindproduct: Een video met internationale teams die bekende liedjes in gebarentaal uitvoeren en een playlist met nieuwe gebarenliedjes.
  6. “Gebarentaalverhalen”:
    • Opdracht: Laat leerlingen in internationale teams samenwerken om verhalen in gebarentaal te maken en te vertellen. Elk team kan een deel van het verhaal vertellen in hun eigen nationale gebarentaal en de verhalen kunnen worden gecombineerd tot een samenhangend geheel.
    • Eindproduct: Een video van een verhaal verteld in internationale gebarentalen, gemaakt door internationale teams. Je kan er ook een toneelstuk van maken, uitgevoerd in gebarentaal of met een tolk verrijkt. Je kan het laten volgen door een discussie en de verschillende interpretaties van de internationale teams.

6. Afsluiten: Evaluatie, reflectie, disseminatie en certificaten

  • Sluit af met een online taal-& cultuurquiz waarin de leerlingen hun kennis van elkaars taal en cultuur kunnen testen. Hierbij kunnen ze ook prijzen winnen, zoals boeken in elkaars taal of traditionele gerechten (al was het maar een reep chocolade of een leuk recept) uit elkaars land.
  • Deel je eindproducten via de TwinSpace op het ESEP-platform van eTwinning.
  • Laat tijdens een online meeting of op het forum in de TwinSpace ervaringen en menigen delen.
  • Op onze website met IT-tools voor je eTwinning-project vind je heel wat ideeën voor eindproducten die bij je project passen.
  • Verlies goeie partners niet uit het oog! Hou de contactgegevens bij om toekomstige eTwinning-projecten op te starten. Moedig je partners en leerlingen aan om na het project contact te houden met partnerscholen en toekomstige samenwerking te verkennen.

Geef de leerlingen een eTwinning-certificaat of diploma als beloning voor hun deelname aan het project. Je kan het template gebruiken om aan je kleuters een diploma of aan je leerlingen een certificaat te geven. In Canva kan je dit makkelijk zelf bewerken.

7. Tips

  • Bied leerlingen een variatie aan gedichten aan. Let op dat deze aangepast zijn aan hun leeftijd, maar hou het uitdagend genoeg. Iedereen Leest kan je hier zeker en vast bij helpen! Iedereen leest geeft elk jaar ook lestips aan leerkrachten. Neem dus zeker een kijkje op https://www.poezieweek.com/lessuggesties.
  • Werk samen met Cultuurkuur om met schrijvers aan de slag te gaan.
  • Betrek collega’s bij opdrachten die passen bij hun vak: Talen, Plastische opvoeding, kunst(geschiedenis), filosofie/ethiciek…
  • Vind lesmateriaal op klascement.be. Ook Klasse heeft 8 lestips over poëzie voor jullie.
  • Ben je van plan om een eTwinning-project op te starten? Bekijk dan onze checklist met links naar nuttige info en tools. Je kan ook de checklist in een Word-document vinden zodat je zelf kan afvinken welke stappen je al genomen hebt. Zo ben je er ook zeker van dat je op het einde van volgend schooljaar een Nationaal Kwaliteitslabel kan aanvragen.