Een eTwinning-project waarin een bekend sprookje herschreven wordt tot een hedendaagse versie die vervolgens creatief verwerkt wordt – en andere sprookjestips.

Ga je aan de slag? Gebruik onze checklist zodat je geen stappen overslaat. Zo ben je er ook zeker van dat je alle nodige informatie hebt om op het einde van het schooljaar een Nationaal Kwaliteitslabel aan te vragen voor je eTwinning-project.

1. Introduction

  • Lees je wel eens voor aan je leerlingen? Neen? Dan is het nu het moment om hiermee te beginnen! Voorlezen heeft heel veel voordelen.
  • Je kan ook samen naar sprookjes luisteren en kijken. In het programma ‘Sprookjes’, te zien op Ketnet, leest Jan Decleir sprookjes voor en worden ze ook uitgebeeld.

  • Maak een TwinSpace met je projectpartners en nodig je leerlingen uit. Je vindt een stappenplan en handleiding om een eTwinning-account aan te maken en een TwinSpace te maken op onze website.

  • Laat je leerlingen een logo creëren en organiseer een logo-contest bv met www.tricider.com.

2. Voorstelling van de deelnemers en het project

Laat je leerlingen zichzelf voorstellen, en hun ideeën en voorkennis delen. Dit kan via Padlet, Flip, de TwinSpace…. Op basis hiervan kan je internationale teams maken: op basis van hun kennis en kunde, interessevelden en/of leeftijd. In stap 5 vind je verschillende projectideeën. Je kan je leerlingen hun favoriete opdracht laten kiezen en op basis hiervan hen verdelen in internationale teams.

3. Oriëntatie

  • Zoek samen met de leerlingen en partnerlanden sprookjes uit de verschillende landen.
  • Lees, bekijk en bespreek samen met de leerlingen een traditioneel sprookje.
  • Je kan hen ook uit een aantal sprookjes eentje laten kiezen om in de volgende stappen van het project te gebruiken.
  • Welke verhalen kennen de leerlingen? Welke zijn sprookjes? Welke sprookjesfiguren kennen ze? In een aflevering van ‘Sprookjesboom’ komen gekende sprookjesfiguren aan bod. Sprookjesboom neemt je samen met Wolf, Roodkapje, Assepoester, Heks, Draak en alle andere Sprookjesbosbewoners mee naar het Sprookjesbos.

  • Je kan je leerlingen teksten aanbieden of hen vrij op het internet op zoek laten gaan om antwoorden te vinden op een aantal vragen die te maken hebben met sprookjes vertellen, de geschiedenis van sprookjes, bekende schrijvers, personages… Je kan een quiz maken in bijvoorbeeld Kahoot en de leerlingen uit alle partnerlanden samen laten spelen.

  • Met de gevonden informatie kan je ook de leerlingen aan het werk zetten: laat leerlingen in internationale teams een sprookjesquiz maken. Elk team stelt vragen op over sprookjes uit hun eigen land en deelt deze met de andere teams. De teams kunnen de quizzen uitwisselen en beantwoorden, waarbij ze hun kennis over sprookjes vergroten.

4. Toepassen

  • Je hebt internationale teams gevormd. Elk internationaal team kiest een sprookje om te onderzoeken en er zich in te verdiepen. Ze kunnen samen brainstormen en samenwerken via online meetings en gedeelde apps, zoals Sway of Word.
  • In teams wordt een nieuwe hedendaagse versie van een traditionele sprookje (dat werd gekozen in de voorgaande stappen) geschreven.

  • Het is belangrijk om duidelijke richtlijnen te geven voor samenwerking, taakverdeling en deadlines om ervoor te zorgen dat de internationale teams effectief kunnen samenwerken.

5. Teamwork

Internationale teams maken een creatieve verwerking van het nieuwe verhaal: kamishibai, gezelschapsspel, stopmotion filmpje, computerspel,…

Ideeën om parallel te werken:

  1. Sprookjesuitwisseling: Laat de leerlingen sprookjes uit hun eigen land kiezen en deze delen met hun internationale teamleden. Ze kunnen de sprookjes vertalen naar de taal van hun partnerlanden en de betekenis en moraal van het verhaal bespreken.
  2. Sprookjesanalyse: Leerlingen kunnen sprookjes uit verschillende landen vergelijken en analyseren. Ze kunnen letten op overeenkomsten en verschillen in personages, plot, thema’s en morele lessen. Vervolgens kunnen ze hun bevindingen delen en bespreken met hun internationale teamgenoten.

Ideeën om samen te werken:

  1. Sprookjes schrijven: Laat de teams gezamenlijk een nieuw sprookje schrijven. Elk team begint met het bedenken van een personage en de beginsituatie. Vervolgens geven ze het verhaal door.
  2. Karakteruitwisseling: Leerlingen kunnen personages uit sprookjes kiezen en deze met elkaar uitwisselen. Elk team neemt een personage over van een ander team en creëert een nieuw verhaal waarin dit personage een rol speelt. Dit bevordert creativiteit en samenwerking.
  3. Sprookjesillustraties: Laat leerlingen in internationale teams samenwerken aan het illustreren van een sprookje. Ze kunnen de verschillende scènes verdelen en elk teamlid kan verantwoordelijk zijn voor het maken van illustraties voor een specifieke scène. Vervolgens kunnen ze hun werk delen en een gezamenlijke illustratiegalerij maken.
  4. Sprookjesdrama: Leerlingen kunnen samenwerken aan het opvoeren van een sprookje. Elk team kan een scène of een deel van het verhaal voor zijn rekening nemen en deze samenbrengen in een gezamenlijke theatervoorstelling. Ze kunnen hun optredens opnemen en met elkaar delen. Je kan ook elke partnerklas zijn deel laten filmen en al deze video’s samenbrengen tot 1 lange film.
  5. Sprookjesuitbeelding: Leerlingen kunnen samenwerken aan het uitbeelden van scènes uit verschillende sprookjes. Elk team kan een sprookje kiezen, scènes uitbeelden en foto’s of video’s maken. Deze kunnen vervolgens worden gedeeld met de partnerklassen, waardoor een internationale sprookjesgalerij ontstaat.

6. Afsluiten: Evaluatie, reflectie en disseminatie & certificaten

  • Deel je nieuwe sprookjes en de creatieve bewerkingen van de sprookjes via de TwinSpace op het ESEP-platform van eTwinning.
  • Laat tijdens een online meeting of op het forum in de TwinSpace ervaringen en menigen delen.
  • Op onze website met IT-tools voor je eTwinning-project vind je heel wat ideeën voor eindproducten die bij je project passen.
  • Verlies goeie partners niet uit het oog! Hou de contactgegevens bij om toekomstige eTwinning-projecten op te starten. Moedig je partners en leerlingen aan om na het project contact te houden met partnerscholen en toekomstige samenwerking te verkennen.

Geef de leerlingen een eTwinning-certificaat of diploma als beloning voor hun deelname aan het project. Je kan het template gebruiken om aan je kleuters een diploma of aan je leerlingen een certificaat te geven. In Canva kan je dit makkelijk zelf bewerken.

7. Tips

  • Grote dank aan Evy Sierens en de leerkrachten van GO! Bassisschool De Driesprong in Maldegem. Lees hun verhaal ook hier.
  • Ken je het Lezerscollectief al? Samen verhalen en gedichten lezen verbindt mensen en maakt hen sterker en weerbaarder. Dit is de filosofie van Het Lezerscollectief, een netwerk van leesbegeleiders in Vlaanderen. Misschien kan je je via deze organisatie verder specialiseren in voorlezen.
  • Vind hier nog meer luistersprookjes.
  • Ga naar Cultuurkuur/be en vind via de zoekfunctie (rechtsboven) nog meer sprookjesideeën.
  • Ben je van plan om een eTwinning-project op te starten? Bekijk dan onze checklist met links naar nuttige info en tools. Je kan ook de checklist in een Word-document vinden zodat je zelf kan afvinken welke stappen je al genomen hebt. Zo ben je er ook zeker van dat je op het einde van volgend schooljaar een Nationaal Kwaliteitslabel kan aanvragen.